Hoeve

Hoeve met losstaande bestanddelen, uit de eerste helft van de 19de eeuw, met de zuidoostzijde van het erf aan de straat gelegen, doch door een grachtje ervan gescheiden; ten noorden, achter het woonhuis bevindt zich de moestuin en hierachter de boomgaard. De schuur is een belangrijk element in het straatbeeld.

Ten noorden van het onregelmatig gevormd erf, het woonhuis; zes traveeën onder mank zadeldak (nok evenwijdig aan de straat, Vlaamse pannen). Geel overkalkt stijl- en regelwerk met lemen vullingen op een gecementeerde en gepikte bakstenen stoel; licht verhoogde begane grond. De eerste traveeën - de stal - is versteend. Het woonhuis heeft twee beluikte bolkozijnen en een deurtje met bakstenen steektrap; de stal heeft een zolderluik en een deur. Bakstenen vullingen, enkele kleine vensters en een deur in de achtergevel. Pannen beschieting der oostzijgevel. Tegen de westelijke zijgevel, aangebouwde bakstenen stallen onder lessenaarsdaken.

Ten zuidoosten, dwarsschuur van twee traveeën onder zadeldak (Vlaamse pannen). Stijl- en regelwerk met bakstenen vullingen en een gepikte timmer. De noordwestgevel is voorzien van een deur, de zuidoostgevel (de straatzijde) heeft een poort. Pannen beschieting der beide zijgevels. Vrijwel volledig met klimop begroeid aanbouwsel onder lessenaarsdak tegen de noordoostelijke zijgevel.


Bron     : Schlusmans F. met medewerking van Gyselinck J., Linters A., Wissels R., Buyle M. & De Graeve M.-Ch. 1981: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Limburg, Arrondissement Hasselt, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 6N2 (He-Z), Brussel - Gent.
Auteurs :  Schlusmans, Frieda
Datum  : 1981

Bron: Bevat overheidsinformatie, verkregen onder de modellicentie voor gratis hergebruik Vlaanderen v1.0. URI:
Agentschap Onroerend Erfgoed 2019: Hoeve [online] https://inventaris.onroerenderfgoed.be/erfgoedobjecten/22818 Geraadpleegd op 12-11-2019

 

ONTDEKKING VAN DE DAG

Koningin Astrid, lieveling van het publiek

Verongelukte vorsten herdacht

De Zweedse prinses Astrid (°1909) werd in 1929 gemalin van onze Belgische vorst Leopold III. Ze verloor het leven bij een auto-ongeval in Zwitserland op 29 augustus 1935. De gemeenteraad hernoemde de Tentoonstellingsstraat al eind september in ‘Koningin Astridstraat’. In november 1937 organiseerde een comité van de Nationale Strijdersbond in het stadhuis een tentoonstelling van zandtapijt met de overleden Astrid op haar praalbed, om fondsen te werven voor een gedenkteken. Dat werd in de vorm van een postuum staatsieportret aangeboden aan het stadsbestuur tijdens de augustuskermis van 1939. Door de mobilisatie en de opeisingen ging deze plechtigheid met tentoonstelling verloren in het oorlogsnieuws.

De vermaarde Hasseltse portretschilder Jos Damien en zijn leerlinge-assistente Anne Rutten signeerden het schilderij.

Koningin Astrid wordt levensgroot en ten voeten uit afgebeeld in een paleisdecor en houdt een waaier van struisvogelveren vast. Ze draagt een witte galajurk met korte sleep en nonchalant gedragen losse mouwen. Oorhangers, armband en hanger met kruis tonen een groene smaragdkleur. De stralende vorstin draagt het zogenaamde ‘Diadeem der negen provinciën’. Dit kleinood, een verlovingscadeau van de Belgische bevolking uit februari 1925, bestaat uit een band met Griekse meandermotieven en werd door juwelier Van Bever vervaardigd. In de later herwerkte versie met ruiten zijn de elf briljanten ingewerkt als symbool van de toen negen provincies, plus België met vorstenhuis, plus Belgisch Congo.




In 1934 was in de inkomhal van het stadhuis al een gedenkteken opgericht voor vorst Albert I, na zijn tragisch klimongeval.