Monumentaal smeedijzeren hek uit einde 19de eeuw, enig overblijfsel van het historisch, omgracht kasteel van Schabroek, waarbij in het laatste kwart van de 19de eeuw een park in landschappelijke stijl was aangelegd.
De toegang tot Schabroek, tussen twee zware, vierkante pijlers van blauwe hardsteen met ingediepte voegen, sokkel en uitkragende geprofileerde dekplaat en schamppalen is indrukwekkend dankzij het monumentale inrijhek. Als steunbeer fungeren twee zware smeedijzeren krullen met tegenkrul, ingeschreven cirkels en weerhaken, verankerd in een rechthoekig tegenstuk van blauwe hardsteen. Een haakse voluut met ingeschreven krullen van smeedijzer is verankerd in de vloer, als bijkomende versteviging. De poort van zeer uitgewerkt smeedijzer is uitgevoerd in eclectische stijl en is een staaltje van smeedkunst. Elke poortvleugel telt twee traveeën als elkaars spiegelbeeld en heeft hoek-, en hogere middenstijlen. De gebogen, op krul eindigende boven regel is bekroond met krullen. Ook de spijlen zijn opgevat als uitgerekte krullen, via c-motieven met de regels en stijlen verbonden. De onder- en tussenregel zijn onderling verbonden met voluten en C-motief, en een rasterpatroon van ruiten.
Philippe de Corswarem vermeldt rond 1800, op zijn tekening van Schabroek, dat het goed toen eigendom was van mevrouw de Theux, geboren Wezeren de Schabroek uit Luik. Het gaat om Marie Anthoinette de Wezeren de Schabroek (1767-1842), wiens zoon graaf Barthélémy de Theux de Meylandt (1794-1874) het kasteel van Meylandt in Heusden-Zolder in 1843 verbouwde. De familie Wezeren bezat Schabroek sedert 1719.
De kadastrale legger van 1844 noteert ridder de Longré de Schabroek uit Luik als eigenaar. Hij was dat uit hoofde van zijn echtgenote Marie Josephe de Theux de Meylandt. Het goed was op het Primitief plan (1825) via dreven (perceel 104) toegankelijk, lag temidden van hooilanden (nr. 99), een hopakker (nr. 109), boomgaarden (nr. 105 en 106), was geometrisch omgracht (nr. 100) en had binnen de omgrachting naast het 'huis met gebouw' (nr. 101) en tuin (nr. 102) ook een kasteel (nr. 103). De dienstgebouwen, de inrijpoort en de brug over de gracht zijn niet afzonderlijk benoemd, de vierkante poel (nr. 108) wel.
Op de Dépot-kaart (opname 1871, uitgave 1877) bestaat het kasteel nog uit verschillende gebouwen gelegen binnen de strak vierkante gracht, ten noorden van een boomgaard en van een bomenlaan die loodrecht uitmondt op de steenweg. Op de kaart van het ICM van 1897 is de boomgaard gerooid en is de rechte laan omgebogen tot een afbuigende oprijlaan vanaf de steenweg, begeleid door struik- en boomaanplantingen. De vierkante omgrachting bleef onaangeroerd maar binnen de grachten gebeurden ook aanplantingen in de noordoostelijke hoek. Rond het kasteel liggen ruime grasvelden die aan de west- en noordwestzijde met lustbos zijn afgeschermd. Men mag besluiten dat er in Schabroek ten laatste tijdens het laatste kwart van de 19de eeuw een landschappelijke aanplanting gebeurde en er een nieuwe oprijlaan kwam volgens de eisen van de heersende landschappelijke tuinstijl. Op dat moment moet ook het nog bestaande hek zijn geplaatst. Op de stafkaart van 1949 bleven deze gegevens onveranderd.
In 1975 wordt Schabroek nog vermeld als 'mooi gerestaureerd' door de Broeders van de Christelijke scholen. Het gaat echter om een harde restauratie van het historische gebouw, dat toen werd ingesloten door nieuwe schoolgebouwen.
Bron: Bevat overheidsinformatie, verkregen onder de modellicentie voor gratis hergebruik Vlaanderen v1.0. URI:
Agentschap Onroerend Erfgoed 2019: Restant van het kasteelpark van Schabroek [online] https://inventaris.onroerenderfgoed.be/erfgoedobjecten/303375 Geraadpleegd op 12-11-2019
Geschiedenis
Een eerste vermelding - Ardinghen - vinden we in 1192, later geschreven als Ardinge (1331) Oerdinge [1384] en Ordingen (1611). De uitgang ‘ingen’ wijst op Frankische wortels, en betekent zoveel als ‘het goed van’. Ordingen, op de grens met het graafschap Loon, was een allodiale heerlijkheijd. In documenten en keuren werden de heren van Ordingen genoemd onder de voornaamste edelen, Begin 17 eeuw verwierven de Ridders van de Duitse of Teutoonse Orde het goed en Ordingen werd een ondercommanderij van Alden Biesen. Aan deze periode van rust en welvaart kwam een einde bij de Franse bezetting.
In 1970 werden Ordingen, Aalst en Brustem samengevoegd en in 1977 ging deze fusie op in 'Groot Sint-Truiden'. Oorspronkelijk was Ordingen een typische kleine landbouwgemeente, maar door de aanleg van nieuwe woonwijken heeft het dorp zijn landelijk karakter grotendeels verloren.
Geografie
Ordingen is met zijn oppervlakte van 192 ha een van de kleinere deelgemeenten van Sint-Truiden. Het heeft de vorm van een parallellogram met een uitsprong in het zuidoosten. De grootste lengteafstand bedraagt 2,5 km, de breedte 1,5 km. Noordelijk grenst het aan Sint-Truiden en Zepperen, oostelijk aan Zepperen en Rijkel, zuidelijk aan Brustem, ten westen aan Brustem en Sint-Truiden. Opmerkeljke hoogteverschillen zijn er niet, op de grens met Zepperen bereikt men het hoogste niveau: 66 m. De westkant tegen Sint-Truiden ligt het laagst: 50 m. De enige waterloop, de Melsterbeek, stroomt in het noordwestelijk deel van de gemeente.
Kerk
De kerk van Ordingen is een eenvoudig neo-gotisch gebouw, getekend door architect Isidoor Gerard. De eerste steen werd gelegd in 1855 en in 1858 word de kerk ingewijd. Ze is toegewijd aan de HH Harlindis en Relindis. Charles de Pitteurs-Hiegaerts, kasteelheer en burgemeester, schonk 5000 goud frank voor de aanleg van een familiegraf onder de linkersacristie, in de volksmond nog steeds' de kapel van de baron' genoemd. Let even op het verschil in het maaswerk in de spitsbogen van de ramen. Tegen de muur van het kerkhof staan 2 oude kruisen, respectievelijk van 1630 en 1788.Kapel en boom
In de 17 eeuw [1625-1640] liet Commandeur de Ruyschenberg dit fraaie barokke kapelletje bouwen, toegewijd aan het H Kruis. Het bekoort ons nog steeds met zijn klokgeveltje, zijn waterlijsten en hoekkettingen in mergel. In 1970 werd het gerestaureerd. Achter de kapel ligt de privé-begraafplaats van de familie de Tilesse, 2 overledenen zijn er reeds begraven. Rechts van de H. Kruiskapel ligt het nieuwe kerkhof, in gebruik sinds 1964.
Grenssteen
De arduinen grenssteen op de plaats waar vroeger drie gemeentes [Ordingen - Rijkel- Zepperen) samenkwamen, is de laatste van de grensstenen die ooit het grondgebied van de commandeur van Ordingen afbakenden.
De opmerkelijke boom is een plataan [Platanus acerifolia] herkenbaar aan de afbladderende schors en typische vruchtjes die de ganse winter aan de takken blijven hangen. Bij metingen in 1988 had hij een stamomtrek van 4,48 m, een hoogte van 31 m en een kroondiameter van 27 m.
Hooghuis
Achter de hoge bakstenen muur lag in de 19de eeuw een suikerfabriek, eigendom van de baron de Pitteurs. Het statige 19de-eeuwse herenhuis in de mooie tuin in de volksmond 'het Hooghuis' genaamd, was de woning van de directeur van deze fabriek.
Kasteel
Een dreef van haagbeuken leidt ons naar het kasteel toe. Achter de muur zien we de pastorie, gebouwd in 1837 naar een ontwerp van architect Denis.
Het kasteel heeft een bewogen geschiedenis gekend. Eerst was het de thuishaven van de heren van Ordingen, die de dienst uitmaakten van 1068 tot 1610. Tijdens hun bewind is het kasteel herhaaldelijk beschadigd en weer opgebouwd. In 1610 kocht de landcommanderij van Alden Biesen de heerlijkheid Ordingen, en bouwde het oude kasteel om tot commanderij. Uit deze periode zijn het poortgebouw, het commandeurshuis en een nu alleenstaande hoektoren bewaard gebleven. Boven de toegangspoort ziet u het wapenschild van commandeur van Amstenraedt met datum 1633. In de trapgevel van het commandeurshuis is een steen gemetseld met het wapen van de Duitse Orde en het jaartal 1740, afkomstig van de oude watermolen die in 1964 afgebroken werd. Toen tijdens de Franse bezetting alle kerkeljjke goederen onder de hamer gingen, werd het geheel gekocht door Pierre de Liboton die er een classicistisch kasteel liet bouwen. Hiervan zijn geen sporen overgebleven. In de 19de eeuw kwam het domein in handen van de familie de Pitteurs die er vanaf 1879 een kasteel liet bouwen in neo-renaissance, met behoud en inpassing in het nieuwe geheel van poorthuis en commandeurswoning. De plannen voor dit gebouw werden ontworpen door architect Jos Schadde, maar het was zijn leerling Paul Saintenoy die ze voltooide. Let op de verscheidenheid aan torens en spitsen, de kruisvensters en de rijke versieringen.
Van het mooie interieur dat baron Leon de\nPitteurs verzamelde, is niets overgebleven. In mei 1940 werd het gebouw zwaar\nbeschadigd door een bombardement. De schade werd slechts gedeeltelijk hersteld:\nde linkervleugel, spiegelbeeld van de rechter, werd niet heropgebouwd. De\nzwaarste klap kreeg het kasteeldomein te verduren in 1964: toen werden alle\nbomen van het omringende park gekapt, de molen gesloopt, de beek herlegd en\nwerd het domein verkaveld. Wat eens een prachtig arboretum was, werd woonwijk. Gelukkig werden de gebouwen op het nippertje van afbraak gered. Gedurende\nenkele jaren was er een restaurant-taverne . De huidige eigenaar heeft ook 'horeca-plannen', zodat de toerist hier weer zal terechtkunnen.Gemeentehuis.
Medio 19de eeuw verscheen in onze contreien een nieuw gebouwentype: het gemeentehuis, meestal ook school en leraarswoning. Het gemeentehuis van Ordingen toont duidelijk beide functies met een statige voorgevel met trapgevel en natuurstenen versieringen, achteraan een sobere uitbouw, die dienst deed als school.
Loop eens even rechts langs de elektriciteitcabine. Hier vindt u nog een oude gemeentelijke waterput. Voordat de waterleiding het overbodig maakte, haalden de dorpelingen hen water uit dergelijke putten.
Ga hier verder...