Breedhuis van drie traveeën en drie bouwlagen onder zadeldak, uit de tweede helft van de 18de eeuw (?). Bakstenen gebouw met een bepleisterde en beschilderde lijstgevel, geordonneerd door pilasters (penanten), en een zware kordonlijst tussen beide bouwlagen. Uitgespaarde rechthoekige vensters op lekdrempels. Aangepaste benedenverdieping.
Bron: Bevat overheidsinformatie, verkregen onder de modellicentie voor gratis hergebruik Vlaanderen v1.0. URI:
Agentschap Onroerend Erfgoed 2019: Burgerhuis [online] https://inventaris.onroerenderfgoed.be/erfgoedobjecten/22780 Geraadpleegd op 12-11-2019
In de oudheid werden in oorlog of jacht veroverde trofeeën aan een stok opgehangen. Dit motief ging een eigen leven leiden als allegorische decoratie. Kalksnijders modelleerden in het nog vochtige stucwerk voorwerpen tussen bloemenslingers aan linten opgehangen.
In het stadhuis op de Grote Markt op het 'schoon verdiep' zijn in de hoge vestibule de vier kunsten en twee speciale thema's uitgewerkt, de zeevaart en het landleven. Die laatste werken dateren waarschijnlijk uit de Hollandse periode (1815-1830) onder burgemeester J.A.N. Van den Berck. Scheepvaart en de Nederlandse vertaling van Vergilius wijzen daarop.