Huis De Kelder

Breedhuis van twee traveeën en drie bouwlagen onder zadeldak (leien), voorzien van een houten dakkapel met oculus, voluten en gebogen fronton; provinciale Louis Philippestijl. Gebouwd in de tweede helft 19de eeuw. Baksteenbouw met afwerking van arduin. Lijstgevel met reliëfversiering met mascarons tussen de houten modillons der kroonlijst en op de boogvelden der vensters van de tweede bouwlaag. Rechthoekige deurvensters op de tweede bouwlaag, in een zware, rondboogvormige omlijsting met geprofileerde posten en druiplijst, oren, neuten en siersluitsteen; gevelbreed in- en uitbuigend balkon met sierlijk ijzeren hek; getoogde vensters in een gelijkaardige omlijsting op de derde bouwlaag; kordon vormende lekdrempels. Gewijzigde begane grond.


Bron     : Schlusmans F. met medewerking van Gyselinck J., Linters A., Wissels R., Buyle M. & De Graeve M.-Ch. 1981: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Limburg, Arrondissement Hasselt, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 6N2 (He-Z), Brussel - Gent.
Auteurs :  Schlusmans, Frieda
Datum  : 1981

Bron: Bevat overheidsinformatie, verkregen onder de modellicentie voor gratis hergebruik Vlaanderen v1.0. URI:
Agentschap Onroerend Erfgoed 2019: Huis De Kelder [online] https://inventaris.onroerenderfgoed.be/erfgoedobjecten/22736 Geraadpleegd op 12-11-2019

 

ONTDEKKING VAN DE DAG

Een weerwolf in Melveren

Een weerwolf in Melveren

In Melveren , een gehucht van Sint-Truiden, woonde een zekere X. Op zekere dag ging X met zijn vriendin naar de kermis in Kortenbos. Deze man had echter een pact gesloten met de duivel, wat betekende dat hij regelmatig enkele uren als weerwolf moest rondlopen. Omdat X op de kermis plots voelde dat dat moment was aangebroken, zei hij tegen zijn vriendin: "Als je een hond zou tegenkomen, gooi dan deze zakdoek naar zijn muil. Op die manier zal het beest je geen kwaad doen." 

Omdat een weerwolf geen kruis kan oversteken, moet hij de draadjes van de zakdoek één voor één uitrafelen vooraleer hij verder kan. 

Het meisje antwoordde: "Neen, blijf maar bij mij!", waarop haar vriend: "Neen, ik moet dringend even een boodschap doen." 

Toen X weg was, kwam er een lelijke zwarte hond naar het meisje toe. Ze deed onmiddellijk wat haar vriend had gezegd, waarop de hond de zakdoek in stukken scheurde. Een kwartier later kwam X terug. Zijn vriendin vertelde hem dat ze doodsangsten had uitgestaan terwijl hij weg was. Wat verderop ging het tweetal iets drinken in een café. Het meisje bekeek haar vriend eens goed, en riep geschokt: "Jij smeerlap, je bent het zelf geweest, want de vezels van de zakdoek hangen nog tussen je tanden!" 

X zei dat ze het zich maar inbeeldde, maar het meisje wilde hem toch nooit meer zien.


Opgetekend door F. Beckers in 1947.
Bron: volksverhalenbank.be