Langgestrekt hoevetje uit de 19de eeuw, wat achteruit gelegen ten opzichte van de straat, en ervan afgesloten door een lage haag en een ijzeren hekje; moestuin achter het huis. Zes traveeën onder mank zadeldak (nok evenwijdig aan straat, Vlaamse pannen). Wit overkalkt stijl- en regelwerk met lemen vullingen op een gepikte bakstenen stoel; niet zichtbare timmer; de eerste twee traveeën zijn van baksteen. Bakstenen vergroting naar achter toe. Twee beluikte bolkozijnen, een recent venster, en een deur. Enkele lage dienstgebouwtjes, links.
Bron: Bevat overheidsinformatie, verkregen onder de modellicentie voor gratis hergebruik Vlaanderen v1.0. URI:
Agentschap Onroerend Erfgoed 2019: Langgestrekt hoevetje [online] https://inventaris.onroerenderfgoed.be/erfgoedobjecten/23065 Geraadpleegd op 12-11-2019

In Melveren , een gehucht van Sint-Truiden, woonde een zekere X. Op zekere dag ging X met zijn vriendin naar de kermis in Kortenbos. Deze man had echter een pact gesloten met de duivel, wat betekende dat hij regelmatig enkele uren als weerwolf moest rondlopen. Omdat X op de kermis plots voelde dat dat moment was aangebroken, zei hij tegen zijn vriendin: "Als je een hond zou tegenkomen, gooi dan deze zakdoek naar zijn muil. Op die manier zal het beest je geen kwaad doen."
Omdat een weerwolf geen kruis kan oversteken, moet hij de draadjes van de zakdoek één voor één uitrafelen vooraleer hij verder kan.
Het meisje antwoordde: "Neen, blijf maar bij mij!", waarop haar vriend: "Neen, ik moet dringend even een boodschap doen."
Toen X weg was, kwam er een lelijke zwarte hond naar het meisje toe. Ze deed onmiddellijk wat haar vriend had gezegd, waarop de hond de zakdoek in stukken scheurde. Een kwartier later kwam X terug. Zijn vriendin vertelde hem dat ze doodsangsten had uitgestaan terwijl hij weg was. Wat verderop ging het tweetal iets drinken in een café. Het meisje bekeek haar vriend eens goed, en riep geschokt: "Jij smeerlap, je bent het zelf geweest, want de vezels van de zakdoek hangen nog tussen je tanden!"
X zei dat ze het zich maar inbeeldde, maar het meisje wilde hem toch nooit meer zien.
Opgetekend door F. Beckers in 1947.
Bron: volksverhalenbank.be