Dorpsmolen

Aanhorigheid van het kasteel van Kerkom. Watermolen op de Molenbeek, in de zijpuntgevel met het molenrad gedateerd 1667.

U-vormige hoeve rondom rechthoekige gekasseide binnenplaats, de noordzijde afgesloten door een muur met aanleunende dienstgebouwen en centraal hek tussen geblokte pijlers.

Ten zuiden van het erf, molenaarshuis onder zadeldak (Vlaamse pannen), verbouwd tijdens de 18de eeuw. Baksteenbouw met verwerking van kalksteen. Oudste kern van het molenaarshuis in het zuidwesten: vier traveeën, door een aandak van de bijbouw van de 18de eeuw gescheiden. Voorgevel aan de erfzijde: rechthoekige vensters met strek (19de eeuw) die de houten kruiskozijnen vervangen. Brede, rechthoekige deuromlijsting van kalksteen aan het molenhuis (18de eeuw), herbruikte rondboogdeur met negblokken van kalksteen tot boven de rechthoekige venstertjes van de eerste bouwlaag (jaarsteen 1667 boven molenrad); rechthoekig kalkstenen venster in de puntgevel; hoekblokken.

Buitenwerk: ijzeren toevoergoot. Vroeger middenslagrad, begin 20ste eeuw vervangen door het huidig ijzeren bovenslagrad: plaatijzeren bakken geklonken tussen plaatijzeren velg (gesloten bodem); platijzeren spaken met schroefbouten bevestigd op velg en op gietijzeren askop met ribben; ijzeren as.

Binnenwerk: verticaal opgesteld drijfwerk, met krachtverdeling door groot horizontaal kamwiel. Twee maalstoelen op maalzolder; aandrijving maalstoel afgekoppeld van het horizontale kamwiel, en via twee kamwielen verbonden met horizontale as naar thans verdwenen mechanische aandrijving.

Ten noordwesten van het erf, haaks aansluitend op het woonhuis: stal in baksteenbouw onder zadeldak (Vlaamse pannen, jaartal 1786 op houten latei van binnendeur tussen woonhuis en stal); getoogde venstertjes met gemetste bovendorpels, bolkozijnen op de tast, gedeeltelijk in het dakschild aangebracht. Rechthoekige deuren met houten latei onder gemetste ontlastingsboog.

Ten zuidoosten van het erf, stalling, haaks aansluitend op het molenhuis. Rechthoekige vensters en deur onder houten latei. Oculus in de verlaagde zijpuntgevel. Daarop aansluitend, stalling onder lagere daknok (19de eeuw) met identieke vensters en deuren.

Recent gebouw (cementblokken) onder golfplatendak vervangt de vroegere schuur, ten noorden van het erf.


Bron     : Schlusmans F. met medewerking van Gyselinck J., Linters A., Wissels R., Buyle M. & De Graeve M.-Ch. 1981: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Limburg, Arrondissement Hasselt, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 6N2 (He-Z), Brussel - Gent.
Auteurs :  Schlusmans, Frieda
Datum  : 1981

Bron: Bevat overheidsinformatie, verkregen onder de modellicentie voor gratis hergebruik Vlaanderen v1.0. URI:
Agentschap Onroerend Erfgoed 2019: Dorpsmolen [online] https://inventaris.onroerenderfgoed.be/erfgoedobjecten/84287 Geraadpleegd op 12-11-2019

 

ONTDEKKING VAN DE DAG

Strenge, geleerde heren op het 'schoon verdiep'

In de schepenzaal van het 18de-eeuwse stadhuis op de Grote Markt ontvangt het stadsbestuur nu voorname gasten en overheden om beleid te onderhandelen, en akten officieel te ondertekenen. Voor 1800 zetelden hier de schepenen van de beide heren, maar dan werkelijk als rechters in burgerlijke en criminele zaken. Een berucht proces was dat tegen de brandstichters in 1784, Suske de Poup, 't Voorvelleke en hun medeplichtigen.

In dit lokaal hangen zeven ovale stucmedaillons met daarin grisailles op doek. Het trompe l'oeuil van deze grijze schilderijtjes geeft een 3D-effect en was minder duur dan echt modelleerwerk. De onderwerpen moesten de geleerdheid van de zittende heren van deze rechtbank benadrukken. De geest van Verlichting met rede en wetenschap is hier duidelijk aanwezig. De hoe bezoekers van andere steden in de 18de eeuw zullen ogen tekort gehad hebben om dit allemaal te ontcijferen en bewonderen. Dit is duidelijk een pronkzaaltje van de assertieve stad Sint-Truiden. 

De tafereeltjes tonen mollige gevleugelde jongetjes of 'putti' die druk in de weer zijn met kunst en wetenschap: astronomie, architectuur, muziek, alchemie, beeldhouwkunst, handel-rekenkunst en schilderkunst. Niet toevallig signeerde Diestenaar Pieter-Jan De Craen dit laatste tafereeltje met DE CRAEN F(ecit) ! Hij verdiende drie kronen per tafereel met deze opdracht. 



Astronomie: drie putti zijn druk doende met hun observaties. In een leeg decor hanteert een jongetje een zeekijker, gericht naar de hemel. Op de voorgrond bestudeert een staande putto met loep het armillarium op voet. Vooraan liggen nog een telescoop, een passer en een winkelhaak. De zittende putto wijst een plek aan op een wereldbol op voet. 

Alchemie: in een interieur met wandrekken vol rokende kolven, destilleertoestel en vaatjes zijn drie putti aan het werk. Vooraan een rieten bloemenmandje en achteraan een haard. Eén jongetje, zittend op een kussen in een stoel met armleuningen, beoordeelt de inhoud van een glazen kolf, terwijl een destilleertoestel met stookdeurtje overloopt naar een kolf met handvatten. Zijn helper stampt in een vijzel op sokkel producten fijn en het derde figuurtje brengt een kom bij. De strik van het ophanglint is hier rijker dan bij de andere medaillons en gedecoreerd met een bloempjesrank. 


Lees: Franz AUMANN, Symboliek op het 'schoon verdiep' van het Sint-Truidense stadhuis, in Sint-Truiden een zoektocht naar symbolen, Open Monumentendag Vlaanderen, Sint-Truiden: stadsbestuur, 2002, p. 19-27; Frank DECAT, Sint-Truiden 1784: criminele\nhistories in een Luikse stad, Leuven: Davidsfonds, 2012; Het stadhuis van Sint-Truiden. Hart van de democratie, Sint-Truiden: stadsbestuur, 2018, p. 56-61.