Hoeve uit de 18de eeuw

Zuidwestelijke vleugel van een voormalige semi-gesloten hoeve waarvan stalling en schuur verdwenen zijn, gelegen naast het kerkhof en de kerk, en daterend uit de 18de eeuw.

Deze zuidwestelijke vleugel bestaat uit het poortgebouw en het woonhuis dat thans opgesplitst is in twee woningen. Baksteenbouw met verwerking van kalksteen. Poortgebouw onder zadeldak (Vlaamse pannen). Twee aandaken met muurvlechtingen. Rondbooginrijpoort met negblokken en verankerde boogsteen waarboven twee rechthoekige zoldervenstertjes.

Woonhuis van vijf traveeën en één bouwlaag onder zadeldak (deels Vlaamse pannen, deels mechanische pannen). Voorgevel verbouwd tijdens de tweede helft van de 19de eeuw: rechthoekige vensters met arduinen boven- en onderdorpels, rechthoekige deuromlijsting op neuten; kleine steektrap. Oudere achtergevel deels uit het derde kwart van de 18de eeuw (steekboogvensters met trapezoïdale sluitsteen) deels uit het eerste kwart van de 19de eeuw (rechthoekige venster- en deuromlijstingen).


Bron     : Schlusmans F. met medewerking van Gyselinck J., Linters A., Wissels R., Buyle M. & De Graeve M.-Ch. 1981: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Limburg, Arrondissement Hasselt, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 6N2 (He-Z), Brussel - Gent.
Auteurs :  Schlusmans, Frieda
Datum  : 1981

Bron: Bevat overheidsinformatie, verkregen onder de modellicentie voor gratis hergebruik Vlaanderen v1.0. URI:
Agentschap Onroerend Erfgoed 2019: Hoeve uit de 18de eeuw [online] https://inventaris.onroerenderfgoed.be/erfgoedobjecten/23120 Geraadpleegd op 12-11-2019

 

ONTDEKKING VAN DE DAG

Alomme rust

Alomme rust

De Zondag-middag is héél ingetogen.
De
luchten, klaar van winterkilte, beven
met teeder rood van lage zon doorweven;
de luchten, waar geen vogel komt gevlogen...

De middagrust mag gééne stoornis doogen.
Al
wil somwijlen vluchtig óverzweven
een verre galm van joelend kinderleven :
dra weegt de klare rust weer onbewogen.

Is het in sneeuw – die dezen nacht zoo zacht
de stille stede zwachtelde in heur vacht –
dat doezel-vaag verdooven nu geluiden?

O vrome middagvrede van Sint-Truiden,
dat om te ontwaken uit zijn sluimer, wacht
tot plotse kloosterklokken vespers luiden !




Onderschrift bij deze fotoLit.: P. DE PAUW, recensie in Boekengids, 1, 1923-1924, nr. 361; L. BRANS, Hilarion Thans o.f.m., in Monografieën van de Koninklijke Vereniging van Limburgse Schrijvers, 3, nr. 4, december 1992.
Gedicht in Hilarion THANS, Omheinde hoven, 4de uitgave, Mechelen, Sint-Franciscusdrukkerij, 1927, p. 35.
Hilarion Thans (Maastricht 1884 – Lanaken 1963), minderbroeder en auteur. Gedicht geschreven tussen november 1909 en maart 1910 op onoogige papiertjes toen de jongeman bedlegerig was van een bloedspuwing in het Sint-Truidense klooster. Uit de bundel Ziekebloemen. II. Open ramen. Voor het eerst verschenen onder pseudoniem F.M. Minderbroeder in ’t Daghet in den Oosten, 16, 1910, p. 58 als gedicht nr. XXI met bijhorend citaat Facta est tranquillitas Magna. En er kwam een groote rust (Evang.).