Gelegen in een ommuurde tuin. Eenvoudig neoclassicistisch dubbelhuis van respectievelijk drie traveeën (voorgevel) en vijf traveeën (achtergevel), en twee bouwlagen onder schilddak (mechanische pannen), uit de tweede helft van de 19de eeuw.
Baksteenbouw met verwerking van arduin. Voorgevel gemarkeerd door een middenrisaliet (één travee) en hoeklisenen. Beluikte vensters met arduinen boven- en onderdorpels; doorgetrokken lekdrempels van de bovenvensters als belijnend kordon in de spaarvelden; smalle rechthoekige zoldervensters. Rechthoekige arduinen deuromlijsting met neuten en druiplijst; gestrekte houten tussendorpel en bovenlicht.
Achtergevel: sobere, vlakke gevel, beluikte benedenvensters met stenen dorpels en meer gedrongen bovenvensters met strekse latei en arduinen lekdrempels.
Links en rechts, bijbouw (bergplaatsen) van één bouwlaag onder zadeldak met lagere nok.
Bron: Bevat overheidsinformatie, verkregen onder de modellicentie voor gratis hergebruik Vlaanderen v1.0. URI:
Agentschap Onroerend Erfgoed 2019: Pastorie van de Sint-Harlindis-en-Relindisparochie [online] https://inventaris.onroerenderfgoed.be/erfgoedobjecten/23087 Geraadpleegd op 12-11-2019
In de oudheid werden in oorlog of jacht veroverde trofeeën aan een stok opgehangen. Dit motief ging een eigen leven leiden als allegorische decoratie. Kalksnijders modelleerden in het nog vochtige stucwerk voorwerpen tussen bloemenslingers aan linten opgehangen.
In het stadhuis op de Grote Markt op het 'schoon verdiep' zijn in de hoge vestibule de vier kunsten en twee speciale thema's uitgewerkt, de zeevaart en het landleven. Die laatste werken dateren waarschijnlijk uit de Hollandse periode (1815-1830) onder burgemeester J.A.N. Van den Berck. Scheepvaart en de Nederlandse vertaling van Vergilius wijzen daarop.