Herenboerenparkje van hoeve Het Zwart Huis

Relict van een 19de-eeuws herenboerenparkje. Ruïnes van een belvedère.

Het goed is de rest van een hoeve “Het Zwarthuis” genaamd, dat als zwartgoed tijdens de Franse tijd verkocht werd en nabuur was van het gesloopte Romaans dorpskerkje. Op het Primitief kadasterplan ligt er een tuin en de eigenaar is dan Henri Maréchal, landbouwer te Engelmanshoven. Het gekasseide erf, nu deels aangelegd als hagentuin, is zowel aan de straat als achteraan afgesloten met een eenvoudig hek, deels nieuw werk, deels hergebruikt materiaal. De vierkante hekpijlers van baksteen met sokkel, deksteen en schamppaal van arduin zijn 19de-eeuws en zijn op het erf voorzien van een geringde schacht met bolbekroning. Achter de oplopende boomgaard ligt een relict van een beboomd parkje uit de 19de eeuw, met op het hoogste punt de resten van een ruïneus bakstenen belvedère beschaduwd door zomereiken.

Bomen

Mooi exemplaar bruine beuk (Fagus sylvatica'Atropunicea'), gewone robinia (Robinia pseudoacacia), grootbladige linde (Tilia platyphyllos), gewone taxus (Taxus baccata), zomereik (Quercus robur) (510 cm stamomtrek op 150 cm hoogte).


Bron     : DE MAEGD C. & VAN DEN BOSSCHE H. 2003: Historische tuinen en parken van Vlaanderen. Inventaris Limburg. Deel 1: Gingelom, Halen, Herk-de-Stad, Nieuwerkerken, Sint-Truiden, Brussel, Agentschap RO-Vlaanderen. Onroerend Erfgoed.
Auteurs :  De Maegd, Christiane, van den Bossche, Herman
Datum  : 2003

Bron: Bevat overheidsinformatie, verkregen onder de modellicentie voor gratis hergebruik Vlaanderen v1.0. URI:
Agentschap Onroerend Erfgoed 2019: Herenboerenparkje van hoeve Het Zwart Huis [online] https://inventaris.onroerenderfgoed.be/erfgoedobjecten/303467 Geraadpleegd op 12-11-2019

 

ONTDEKKING VAN DE DAG

Alomme rust

Alomme rust

De Zondag-middag is héél ingetogen.
De
luchten, klaar van winterkilte, beven
met teeder rood van lage zon doorweven;
de luchten, waar geen vogel komt gevlogen...

De middagrust mag gééne stoornis doogen.
Al
wil somwijlen vluchtig óverzweven
een verre galm van joelend kinderleven :
dra weegt de klare rust weer onbewogen.

Is het in sneeuw – die dezen nacht zoo zacht
de stille stede zwachtelde in heur vacht –
dat doezel-vaag verdooven nu geluiden?

O vrome middagvrede van Sint-Truiden,
dat om te ontwaken uit zijn sluimer, wacht
tot plotse kloosterklokken vespers luiden !




Onderschrift bij deze fotoLit.: P. DE PAUW, recensie in Boekengids, 1, 1923-1924, nr. 361; L. BRANS, Hilarion Thans o.f.m., in Monografieën van de Koninklijke Vereniging van Limburgse Schrijvers, 3, nr. 4, december 1992.
Gedicht in Hilarion THANS, Omheinde hoven, 4de uitgave, Mechelen, Sint-Franciscusdrukkerij, 1927, p. 35.
Hilarion Thans (Maastricht 1884 – Lanaken 1963), minderbroeder en auteur. Gedicht geschreven tussen november 1909 en maart 1910 op onoogige papiertjes toen de jongeman bedlegerig was van een bloedspuwing in het Sint-Truidense klooster. Uit de bundel Ziekebloemen. II. Open ramen. Voor het eerst verschenen onder pseudoniem F.M. Minderbroeder in ’t Daghet in den Oosten, 16, 1910, p. 58 als gedicht nr. XXI met bijhorend citaat Facta est tranquillitas Magna. En er kwam een groote rust (Evang.).