Geschiedenis
Zepperen is met Velm één van de oudste kerkdorpen van Sint-Truiden. De Latijnse naam ‘Septimburias’ of zeven hutten staat neergeschreven in het levensverhaal van de heilige Trudo, de stichter van Sint-Truiden. Die kwam naar verluidt rond 650 in Zepperen raad vragen aan bisschop Sint-Remaclus. Trudo kwam er ook vaak 's nachts bidden in het bedehuis toegewijd aan Genoveva van Parijs. Goed om weten: Zepperen was tot aan de Franse revolutie einde 18de eeuw een bank of dorp van het Sint-Servaaskapittel van Maastricht. Kanunniken zwaaiden er dus de plak en lieten er een eigen graanmolen draaien. Pas in de 19de eeuw kreeg Zepperen een echte kasteelheer, lid van de bekende streekadel de Pitteurs-Hiegaerts.
Geografie
Zepperen ligt in het noordoosten van Sint-Truiden bij de laagte van de Melsterbeek en telt 888 hectaren. De aansluitende enclave Terstok hoorde tot voor 1970 bij Brustem. Een ondoordringbare kleilaag zorgde voor een waterrijke bodem, vandaar de benaming VochtigHaspengouw voor dit overgangsgebied tussen Haspengouw en Kempen. Zepperen telt nogal wat bronnen. De meest bezoekbare ligt in het gehucht d'Oye en de Drie Bornekes vind je op de Honsberg bij het Sint-Jozefskapelletje. Vanop de Honsberg, aan de oude spoorwegzate Tienen-Tongeren, heb je een mooi zicht op de kerk en de laaggelegen beemden van d'Oye.
Begaarden
Al in 1425 kozen de paters Begaarden voor een laaggelegen plek in de bocht van de Melsterbeek om er een klooster te stichten. Het Sint-Hiëronymusdal werd nog in diezelfde eeuw de hoofdvergaderplaats van de orde in de Nederlanden. Na de Franse revolutie kocht de familie de Pitteurs het goed en met hun schoonzoon Henri d'Astier woonde er toen een heuse graaf in Zepperen. Rond 1900 ruimde de adel terug plaats voor kloosterlingen: de uit Frankrjk verbannen Karthuizers en Assumptionisten volgden elkaar op. De Assumptionisten bouwden er hun vermaard Sint-Aloysiusinstituut uit. De groene omgeving met park en vijvers is nu nog altijd erg rustgevend. De onderste verdiepingen van de gebouwen dateren uit de 17de en 18de eeuw.
Tegenover de school, over de Melsterbeek, ligt de vroegere Begaardenwinning met een woonhuis uit 1665. De familie de Pitteurs bouwde deze hoeve om tot kasteeltje rond 1900. De stokerij-zagerij, die baron Felix in dit eertijds bosrijke gebied oprichtte, is nu een woonhuis met trapgevels bij de ringgracht.
Vakwerk
In Zepperen vind je nog heel wat vakwerkgebouwen. Rond 1830 waren bi na alle huizen hier in hout en leem. Een reeks gebinten werd tot een geraamte van balken in elkaar gepast. De leemplakker vulde de open vakken van de wanden met vlechtwerk en bestreek ze met stro-leem. De mensen van toen konden de materialen bij wijze van spreken uit de bouwgrond zelf winnen.
Vierkantshoeven
De grotere oude boerderijen zijn nog altijd in een vierkant geschikt. Zo heeft men van uit het boerenhuis zicht op alle bijgebouwen en is het erf altijd gesloten. We noemen hier de Coemanswinning (16de eeuw) aan de Driesstraat-Melsterbeek en de Ouwerxwinning (17de18de eeuw) bij de kerk. Bij de Ouwerxwinning moet je zeker het sierlijke torentje boven de duiventil gaan bekijken. Alleen eigenaars die een behoorlijk aantal bunders grond bewerkten mochten duiven houden, want die vogels richtten schade aan de gewassen aan. De stijI van het torentje en de bijhorende stallingen uit 1665 noemt men Maasrenaissance. Typisch zijn de speklagen in gele mergelsteen tussen de baksteen en de kruisvensters. Vergelijk met de Begaardenhoeve ! Het woonhuis van de Ouwerxwinning, net zoals de pastorie uit 1779, is gebouwd in Luiks classicisme met veel blauwe steen rond vensters en deuren.
Aan de wegenkruising De Poel ligt het vroegere goed van stoker- burgemeester Bellefroid. De oude boerderij, het herenhuis uit 1871 en de hoeve Vanvuchelen uit 1916 maakten er deel van uit. Die laatste is sinds 1994 omgebouwd tot Karmelietenklooster.
Sint-Genovevakerk
De volksdevotie tot de Drie Gezusters bracht in de loop van de eeuwen veel bedevaarders, vooral Walen, naar de parisienne Sint-Genoveva in Zepperen. Midden in het veld bezochten ze de kapel met put, toegewijd aan Sinte Vijve of Genoveva. Met de giften en de steun van het Sint-Servaaskapittel werd ook een mooie kerk gebouwd. Van de Romaanse kerk blijft alleen nog de toren over. De ingang en het sierlijke traptorentje moet je even wegdenken, want dat zijn toevoegingen van rond 1900. In de 15de eeuw, een bloeitijd in onze Nederlanden, werd een nieuw kerkschip gebouwd in de toen populaire gotiek. De heropbouw in spitsbogen begon met het koor. Omdat de bouwijver waarschijnlijk verslapte en de toren onder verantwoordelijkheid van de gemeente viel, behield men de oude toren. Heel wat details van het gebouw zijn bij de grote restauraties rond 1860 en 1900 vernieuwd. Zo reconstrueerde de architect de luchtbogen boven de zijbeuken. Een nieuwe sacristie en doopkapel werden aangebouwd. Naast de toren ligt de platte grafzerk van de families d'Astier, Loyaerts en de Pitteurs-Hiegaerts. Binnen vallen vooral de muurschilderingen in de zuidelijke dwarsbeuk op. Ze dateren van 1509. Een breed uitgesmeerd Laatste Oordeel toont rechts de verschrikkingen van de Hellemuil. Centraal weegt aartsengel Michael de zielen, maar een duiveltje speelt vals. Het plafond draagt lover- en bloemenversiering waartussen de kerkvaders en de symbolen van de vier evangelisten prijken. Sint-Christoffel, patroon van de bedevaarders, waadt door een stroom met Christus op zijn schouders en enkele verstekelingen in zijn gordeltas. Het middeleeuwse stripverhaal met het leven van de patrones Sint-Genoveva van Parijs in elf prentjes is een unieke schildering. Onthou dat je deze heilige kunt herkennen aan een onafscheidelijke duivel met blaasbalg en aan een engeltje aan haar zode. De duivel probeert de kaars te doven waarmee Genoveva haar boek leest.
Binnen de beveiligde ruimte in dezelfde dwarsbeuk kan je de 16de-eeuwse retabelluiken rond een recent gebeeldhouwd middendeel bewonderen. Let ook op de Moeder Gods uit dezelfde tijd, die het verkleinde lichaam van haar gemartelde zoon draagt. De glasramen zijn niet meer de originele gotische. Ze dateren pas uit de jaren 1902 en 1922 maar beelden wel taferelen of uit het leven van Trudo en Genoveva. Grote 17de eeuwse schilderijen zijn het drieluik met het leven van de heilige Catharine van Alexandria en het doek met het Laatste Avondmaal door de Luikse schilder Walschartz. Voor de kruisweg trok het kerkbestuur in 1883 de Tongerse schilder Constant Claes aan, bekend van zijn portretten van Limburgse bekende figuren.
Kerkplein
Kijk even rond op het Sint-Genovevaplein: door de kerkhofpoort uit 1765 zie je de kapelanie uit 1907. Naast de pastorie uit 1779 staat het huis van het bekende 'Koemeesterke' of wonderdokter uit 1904. De oude lemen herberg De Drie Koningen heet nu Taverne Haspengouw, een paradijsje voor bierkenners.
Van de oude zustersschool blijft nog een oud zijgebouwtje over naast de moderne school uit de jaren zestig. Aan de overkant kan je iets drinken in het oude dorpscafé 't Dorp, langs het huis van kolenhandelaar en varkenskoopman Nijs uit 1891. De vroegere onderwijzerswoning uit 1866 met klassenvleugel, nu parochiezaal, vind je tussen het plein en de Ouwerxwinning.
Wijken
Kenmerkend voor Zepperen zijn de vele gehuchten. De kerk met plein ligt in de zuidwestelijke hoek. Verder zijn er nog de wijken Dries, Dorp, d'Oye, Gippershoven, Tereyken, Roosbeek, Dekken en d'Eygen. Vroeger had elk gehucht zijn eigen kermis, zodat heel het dorp wel twee maanden kon feesten.
Zepperen is nu een woongemeente met uitdeinende verkavelingen en lintbebouwing. Vooral in de nieuwe wijk Het Dekken, eertijds een grote, minder vruchtbare gemeenteweide, komen de gezinswoningen als paddenstoelen uit de grond. De vele laagstamplantages worden bewerkt door fruittelers. De plaats van de grote graanschuren is nu ingenomen door fruitfrigo's en loodsen met kisten.
Ga hier verder...
Het grafelijk kasteel ligt pal in het midden van het kerkloze Duras, halfweg tussen Brabant en Loon. De Molenbeek en de Cicindria komen er samen. Tussen de bossen en landerijen, op het einde van een laan, duikt een evenwichtig indrukwekkend gebouw op in Franse klassieke stijl uit 1789. Van de Hollandse koning Willem I werden er ooit liefdesbrieven teruggevonden. De koepel, verdwenen bij de brand in 1913, werd er gelukkig in 1961 terug op gezet. De ‘slaven van Trast’ vierden in 1989 groot feest: 850 jaar parochie en 200 jaar kasteel. De Boogschutterij Sint-Sebastiaan, genoemd naar de heilige die vol pijlen werd geschoten, kan zijn bestaan sinds 1642 bewijzen. Het eendrachtige Concordia (°1972) schopte de voetbal ooit tot in tweede provinciale. Bij de zgn. ‘kleine fusie’ in 1971 werd Duras uitgebreid met de dorpen Gorsem, Runkelen en Wilderen, maar bij de ‘grote fusie’ in 1977 werden alle dorpen deelgemeenten van Sint-Truiden.
De waterburcht van de graven van Duras werd al in 1102 genoemd. Het huidige neo-classicistische kasteel is gebouwd tussen 1787 en 1789 naar ontwerp van Ghislain-Joseph Henry. Opdrachtgever Hendrik van der Noot was een van de voornaamste grootgrondbezitters in Brabant. Mogelijk wou hij een vluchthuis net over de grens bouwen in roerige revolutietijden.
Graaf Jean-Joseph van der Noot huwde met Florence de Ruyssche, gravin van Elissem, bij Landen. Een van hun kinderen, Louise, trouwde in 1803 met Prins Louis de Ligne, zoon van Charles en prinses Hélène, van het Poolse Massalska Huis. Hun zoon, Eugène werd een troonpretendent van België. Na de dood van haar echtgenoot in 1813, huwde Louise een tweede maal, deze keer met graaf Charles d'Outremont.
Architect Ghislain-Joseph Henry uit Dinant ontwierp de voorgevel en de bijgebouwen in een statige, evenwichtige Toscaanse stijl. Opvallend aan de voorzijde is de uitspringende vestibule die voorafgegaan wordt door zes Ionische zuilen, die nu opnieuw een kleine koepel schragen. De ontvangstzaal is de draaischijf waarrond alle andere vertrekken zijn gegroepeerd.
Het kasteel ligt te midden van een park en is te bereiken via een platanendreef. In het park staat grote mammoetboom uit 1881. Het park ligt in een groter domein van meer dan 100 ha, bestaande uit bossen, weilanden, akkers en hoogstamboomgaarden. Er zijn nog resten van een watermolen bij en een hoeve. Enkele malen per jaar is het kasteel door het publiek te bezichtigen, en het is te huur voor feesten. Rond 2018 waren de Wijnfeesten en het familiespektakel ‘Kerstmagie’ populair. Dat laatste is een product van Historalia van Prins Simon de Merode