De straatnaam verwijst naar het kamp van Breendonk waar tijdens wereldoorlog II eerst joden en zigeuners en later verzetsstrijders werden opgesloten in vaak penibele omstandigheden. Als eerbetoon aan de slachtoffers van het nazi-regime werd de straat na de oorlog naar dit kamp vernoemd.
De straat zelf bestond reeds tijdens het ancien regime. Ze is terug te vinden op het stratenplan van 1697 uit de goederenatlas van de abdij van Sint-Truiden en heette toen Nieuwe steenweg. Die naam verwijst naar de stenen verharding van de straat, geen overbodige luxe voor een straat die door het laagst gelegen gebied van de stad liep, langs de oorspronkelijke loop van de Cicindria. De toevoeging “nieuwe” wijst erop dat de straat de stenen verharding pas later kreeg, later dan de Diesterstraat, die toen Steenstraat heette.
Sint-Truiden Bevingen 30.03.1886 Sint-Truiden 6.05.1959
Zoon van dagloner Gerard en Marie Gertrude Celis. Neef van pastoor Eduard Hayen.
Broeders Sint-Truiden. Via paters Fulgence en Thomas Renson intrede augustijnen Gent 1903. Priester 1908. Legeraalmoezenier WO I, bij Belgische vluchtelingen in Amersfoort, en in Saffraanberg. Prior De Haan-aan-Zee 1919. Onderpastoor Sint-Stefanus Gent 1921. Definitor Augustijnenprovincie. Bevriend met pastoor Peeters en burgemeester Paul Cartuyvels in Bevingen. Huishoofd in enkele gehuurde sociale woningen.
Oprichter Sint-Augustinusparochie in de tuinwijk Nieuw Sint-Truiden 1928, bouwer noodkerk en kapelaan OLV-kerk. Bouwer lagere jongensschool en kleuterschool 1930 en lagere meisjessschool 1932. Provinciaal 1932-1946 met stichtingen in Bouge, Marchienne-au-Pont en Kontich. Prior en pastoor parochie Nieuw Sint-Truiden 1947 en kerkbouwer 1952-1955. Gouden priesterjubileum 1958 . Begraven in familiegraf in Bevingen.