een nepvliegveld met nepvliegtuigen

een nepvliegveld met nepvliegtuigen.

Bij veel vliegvelden was er in de buurt een dummy-vliegveld, dus Brustem had er ook een. Dat lag in de velden in de driehoek Wilderen - Stayen Volmolen - Duras.

Het deed dienst als zgn. " schijnvliegveld" in het verweer van de Luftwaffe tegen de geallieerde bommenwerpers.

Alles nep, behalve de bewakers waren echte Duitsers.

De bedoeling van dit schijnvliegveld was misleiding, de geallieerden in de waan brengen dat ze boven het " echte vliegveld " aangekomen waren , zodat ze hun bommen op het schijnvliegveld zouden lossen in plaats van op de werkelijke basis een vijftal kilometers verder. Zulke nepvliegvelden " Attrappen" bootsten zo getrouw mogelijk de verderop gelegen Fliegerhorst na , met houten nepvliegtuigen en met houten neploodsen. Voor het bewakingspersoneel werd er naast een enkele legerbarak ook een bunker voorzien ( die er nog altijd is ) . Die bunker diende als schuiloord, als commandopostje en als telefoon- en verbindingscentrale met de hoofdmacht in geval van een bommenaanval.

De inplant van het vliegveld was belangrijk. Uiteraard gelegen in de aanvliegroute van de geallieerde toestellen naar het reële vliegveld van Brustem, niet te ver en liefst gelegen in een vergelijkbare omgeving. Er was dus een goede gelijkenis tussen de site in Brustem en het landschap tussen Wilderen, Duras en Volmolen.

De Duitsers zetten een viertal geschilderde startbanen op het terrein uit, richtten houten loodsen naast de nepstartbaan op en reden de nepvliegtuigen voor. Een bunker neergepoot randje Volmolen maakte het circus compleet. De gealarmeerde eigenaar van deze landerijen stond totaal machteloos tegenover dit optreden, maar hij slaagde erin om ergens in september 1941 stiekem wat foto's te nemen van de gepleegde ingrepen.

ONTDEKKING VAN DE DAG

Bertrand, Alfred (Alfons Elisabeth)

Bilzen 26.05.1913   Sint-Truiden 22.11.1986  Barbara Dreezen 

Zoon van sloten- kachel- en fietsenmaker Louis en Agnes Beurts in Bilzen.  

Louis werd zilverlasser voor mijnen Genk 1927. Fred eerst helper in garage. Boven- en ondergronds mijnwerker-magazijnier 1927-1936 in Winterslag en Waterschei. KAJ-lid op vraag van pater Anicetus Cools en Gerard Bijnens. Provinciaal voorzitter 1933 en vrijgesteld propagandist 1936 op aandringen Mgr. Broeckx. Activist staking 1936. ACW-propagandist Sint-Truiden 1938. 

Beïnvloed door prof Karel Pinxten als vrije leerling Handelsschool Genk. Opgevorderd in dienst behoeftigensteun Sint-Truiden. Medestichter Katholieke Werkliedenbonden Limburg 1942. Sinds huwelijk in Sint-Truiden. Provinciaal secretaris ACV-Limburg 1945 en voorzitter ACW Limburg 1965-1978. 


Volksvertegenwoordiger  1946-1978 en gemeenteraadslid Sint-Truiden 1947-1965. CVP-voorzitter Vlaamse vleugel 1959-1961. Minister  van verkeerswezen 1961, volksgezondheid 1965 en opnieuw verkeer 1966-1972. Opening circuit Zolder 1963. Metro Brussel 1969. Invoering rijbewijs, verkeersonderricht, voorrang van rechts, oranje tussenlicht, pechdriehoek en voorrang voetganger op zebrapad. Oprichting Hoge Raad Verkeersveiligheid. Staking Sabenapiloten 1970. IJverde voor zelfstandig Bisdom Hasselt en Limburgs Universitair Centrum. Rellen sluiting mijn Zwartberg 1966. Europees politicus in de EGKS 1952, lid Europese Assemblee 1957 en voorzitter EVP-fractie 1975. Voorzitter Commissie Sociale Zaken en Arbeid Europees Parlement. Voorzitter Caritas Catholica bisdom Hasselt. Op rust 1978, nationaal voorzitter Katholieke bonden der gepensioneerden 1984. Vader van Hilde Houben-Bertrand (°1940), gouverneur van Limburg 1995–2005. Medestichter Limburgse Economische Raad en voorzitter Streekontwikkeling Zuid-Limburg vzw. IJverde als minister voor nieuw slachthuis en zwembad, overwelving Cicindria en aanleg sportpleinen. Voorzitter Fonds voor de Belgische Scheepvaart en Unie der Europese Federalisten 1978. Gouden penning Europese verdienste 1980 als voorzitter Europese Unie van Christen-Democratische Werknemers. Diverse artikels in De Stem van het Volk. Visser en jager. Pleinnaam naast kerk Bevingen  1988. 

Archief in KADOC. 

Lit.: Fred Bertrand, van mijnwerker tot Europese autoriteit, in De Stem van het Volk, 1959, 8, p. 1-2; Minister Bertrand verlaat St-Truidense gemeenteraad, in HBVL 22.09.1965; WIEDAT, p. 26; N.A., Fredje Bertrand, tien jaar minister, in ’t Pallieterke, 06.05.1971; Eric VERTONGHEN, Een minister zonder hobbies. Fred Bertrand “vader van metro” en ‘grootste patron van het land”. Sabena-reorganisatie misgelopen, in De Nieuwe Gids, 13.05.1971; André LAMMENS, Een avondje met… Alfred Bertrand, in HBVL, 21-22.04.1979; Xavier LENAERS, Fred Bertrand stond aan de wieg van zestigjarig KAJ-Limburg, in HBVL, 18.12.1985; Leo TINDEMANS, Fred Bertrand, de Europeaan, in HBVL, 29.12.1986; H. GAUS (ed.), Politiek biografisch lexicon. Belgische ministers en staatssecretarissen 1960-1980, Antwerpen: Standaard uitgeverij, 1989, p. 64-68. Luc VINTS, in NEVLAB, p. 472-473; Jos STERK, Alfred Bertrand. Van kajotter tot minister Bilzen 1913-1986, in 100 invloedrijke Limburgers. Van Ambiorix tot Roppe, Hasselt: Het Belang van Limburg, 2001, p 213-214; Jean-Paul BROOS, Een bekende Truienaar. Fred Bertrand. Een groot politicus, maar vooral een warm mens, in De Bink, jg. 16, nr. 62, 3de kwartaal, 2013, p. 10-13; Gerards GERITS en Lena MOORS-DREEZEN, Berbke van Riek van Graadje de Zoewer, in Ezendröp, 73, 55, april 2018, p. 31-42 (Barbara Dreezen x Fred Bertrand). 

Publ.: Het steenkolenvraagstuk van België, in Tijdschrift voor Politiek, 4, 1954, p. 559-569; De welvaartsproblemantiek in enkele gewesten: Limburg, in idem, 7, 1957, p. 340-348. Info: ODIS-databank, HIP en Bilisium Bilzen.