We vroegen aan diverse verzamelaars en collectiebeheerders uit Groot Sint-Truiden om te kiezen voor één object dat volgens hen voor de eeuwigheid dient bewaard te worden en verband houdt met de lokale geschiedenis. Een hartverscheurende en aartsmoeilijke oefening. Maar het is de praktijk van alledag. Want wat bewaar je wel en wat niet?
In het licht van Erfgoeddag bieden we alle erfgoedadvocaten een platform om hun keuze te motiveren en tentoon te stellen. Het resultaat is een zeer divers en uiteenlopend aanbod dat aantoont hoe rijk en diepgeworteld de interesse in het eigen erfgoed wel is. De tentoonstelling toont ook aan dat diverse actoren sinds jaren overtuigd zijn van de waarde van het erfgoed uit Sint-Truiden en haar kerkdorpen.
Ref.
As we carnaval gon viere in Sintruin,
Loote wee de klokke van den toure luin,
As we carnaval gon viere in Sintruin,
Loepe wee ni recht, ma loepe feelinks schuin.
As we carnaval gon viere in Sintruin,
Dreinke wee e pintje en gon haand in haand,
Vör te daasten albedieën rond de Latsjaan.
Want zoe gie de carnaval in Groeët Sintruin.
Iederien du mie, och de Gemeinterood,
Effekes de tuigels los kan ginne kood,
Iel het joor ston zijlinks al in vlam en vuur,
Vuir et goed van ’t Stadsbestuur.
Carnaval da zit doe in, da vuul dzje zelf,
Telt ze mèr, die groep is och bè drei maal elf.
En de boug kan alted ni gespanne ston,
Doever loote ze un dan ins per joor ins gon.
Ref.
En vuir goed te fieëste, is doo ‘t Fiestcomiteit,
Dei kreige subsidies och op stond en tijd,
Ma ze moete luistere noo et Stadsbestuur,
Gelèk de Rood van de Commeduur,
Vesteloovet is doe toch vuir iel de stad,
Ozze carnavalsgroepe dee weite da,
En as Scheipe va Plezier roep ich och ‘Vuur!’
Carnaval da is en echte volkscultuur.
Ref.
Ref.
Want zoe gie de carnaval in Groeët Sintruin.