De Grote Man van Sint-Truiden

De Grote Man van Sint-Truiden

Dliedeken van den grooten man van Sintruyden, dy te Hasselt ghesonden was om hun processie te vercieren.
Wy wilt hooren een nieu liedt,

Compt te Hasselt, grooten man,
Dat vanden grooten man es gheschiet,
Compt te Hasselt, groote, groote,
Compt te Hasselt, groote man.

Het viel op Sinte Matheus dach,
Compt te Hasselt, grooten man,
Datmenten onderweghen sag
Compt te Hasselt, groote, groote,
Compt te Hasselt, groote man.

Die kinderen waren heel confuys,
Compt te Hasselt, grooten man,
Sy liepen met grooten hoopen thuys,
Compt te Hasselt, groote, groote,
Compt te Hasselt, groote man.

Doen hy te Hasselt binnen quam,
Compt te Hasselt, grooten man,
Sy gaven hem eenen booteram,
Compt te Hasselt, groote, groote,
Compt te Hasselt, groote man. 

Sy saddtten hem daar op eenen block
Compt te Hasselt, grooten man,
Sy deden hem aen eenen gheelen rock,
Compt te Hasselt, groote, groote,
Compt te Hasselt, groote man.

Doen hy sou inde processie gaen
Compt te Hasselt, grooten man,
Daer heeft hy eenen steeck ontfaen,
Compt te Hasselt, groote, groote,
Compt te Hasselt, groote man.

Doen Wouter, myn oudste soen, dit vernam,
Compt te Hasselt, grooten man,
Hy was van hertten al zoe gram
Compt te Hasselt, groote, groote,
Compt te Hasselt, groote man.

De grooten man was soo seer ghewont
Compt te Hasselt, grooten man,
Hy es ghestorven ter selver stont,
Compt te Hasselt, groote, groote,
Compt te Hasselt, groote man.

Doenmen duysent Xe XLIXich screeff
Compt te Hasselt, grooten man,
Doen was dat Vaes Lantmeeters dit bedreeff,
Compt te Hasselt, groote, groote,
Compt te Hasselt, groote man.

Hier me soo laet ick dit liedeken varen,
Compt te Hasselt, grooten man,
Godt wil ons grootemans ziele bewaren,
Compt te Hasselt, groote, groote,
Compt te Hasselt, groote man.

Over: Sinds de middeleeuwen duiken in processies en ommegangen bijbelse (Goliath, Christoffel…) of mythische reuzen op. Een torso van gevlochten twijgen, bekleed met textiel, droeg een hoofd in papier-maché dat een kunstenaar beschilderde. De populaire reuzen werden gedragen of gerold. Ze waren niet zo groot als de Olifant of de Kleine Reuzin van het Franse Royal de Luxe in Antwerpen onlangs. De ‘Grote Man’ van Sint-Truiden was wel opvallend genoeg om in Hasselt mee op te stappen, maar er moet daar een ongelukje gebeurd zijn: zoals vele kwetsbare reuzen overleefde hij het feest niet, volgens de ironische tekst van een liedje uit de 16de eeuw. Die tekst werd aangetroffen in Handschrift 391 B Algemeen Rijksarchief Brussel door dr. August Kempeneers, leraar aan het Atheneum Tongeren, die ook schreef over de Sint-Truidense rederijkers, Bijdrage tot de geschiedenis van Sint-Truidensche Rederijkerskamers, in l’Ancien Pays de Looz, jg. 17, 1913, p. 11-13 en 28-29.Sint-Matheus is 21 september. De reus werd alleszins door enkele Sint-Truidense gezellen gedragen, want de stad Hasselt betaalde hen vier kannen wijn.Veel later voerde Sint-Truiden zijn gekende fruitreuzen op: de kersen Kraker en Kernielse in 1949, de kersen Bigaro en Capucientje in 1951, de appel Jonagold en de peer Conférence in 1995 en de aardbei Elsanta in 1997. Nog in 2013 onthulden de Velmse Oppenheimers een dwergreus in Tiroler outfit en buurstad Tienen beleeft een ware reuzenrevival. De Langeman van Sint-Truiden wordt terloops vermeld bij Paul Snoeck en bij Tom Lanoye (Vitriool…). Lambert WISSELS, De Limburgse reuzen, in Heidebloemke Genk, jg. 36, 1977, nr. 4, p. 97, meldt dat de ‘Lange Jan’ van Sint-Truiden in Hasselt op 21 september 1549 werd opgebrand! Sic. Guido WILLEMS (red.), Reuzen in Limburg, Beringen: Elfjulicomité Limburg vzw., 2012, p. 114-117 en p. 148.
Uit: C. DE BAERE en J. GESSLER, De Roode Roos. Geschiedenis der Hasseltsche Rederijkerskamer, Hasselt, 1913, p. 45 en 111-112 e.v.


ONTDEKKING VAN DE DAG

Govaerts, Guillaume, stadsarchitect ST

Sint-Truiden 14.01.1873 Sint-Truiden 18.11.1936 , x 1902 Maria Mevis  

Zoon van Jean en Hubertine Leemans, broer van Jan en halfbroer van Emiel .

Onderschrift bij deze fotoCollege Sint-Truiden. Universiteit Leuven 1898. Ingenieur-stadsarchitect  1902 en directeur Nijverheids- en tekenacademie 1903 te Nijvel. Restauratie kapel Broedersschool en nieuwbouw torenpartij H. Grafkerk aldaar. Stadsarchitect Sint-Truiden 1912. Leraar Nijverheidsschool 1912-1933 en Rijksmiddelbare school 1912-1918 Diesterstraat. Directeur en leraar bouwkundig tekenen Tekenacademie Abdijstraat 1912-1936. Elektriciteitsvoorziening. Werken in neo-Vlaamse renaissance en art décostijl. Sint-Lutgardisgesticht weeshuis met meisjesschool en zustersverblijf langs Gorsemweg 1930-1933, postgebouw Sint-Marten 1930 en electriciteitskabine Naamsevest 1930. Uitbreiding Ursulinenklooster 1927, minderbroedersklooster en kerk Bevingen. Restauraties o.m. refugiehuizen Averbode 1927 en Herckenrode, bisschoppelijk seminarie 16de-18de eeuw, gasthuiskapel Stapelstraat, kerk en torenhuisje Begijnhof en stadhuis 1930. Ontwerper perron, twee parktoegangen en Albert I-monument hal stadhuis 1934. Lid Provinciaal Comité Monumenten 1920. Restauratie muurschilderingen begijnhofkerk. Medestichter en secretaris Vrienden van het Begijnhof. Luikerstraat. 

Stierf aan embolie tijdens toezicht bestratingswerken Casinostraat. Album met schetsen van historische gebouwen en enkele artikels in Touring Club de Belgique. Straatnaam 1936, vroegere Poortstraat Begijnhof. Signeersteen als inv(entor) gevel weeshuis Gorsemweg.

Publ.: Oud Limburg. Penteekeningen en schetsen van oude landelijke en stedelijke gebouwen van Zuid- en West-Limburg, Hasselt: Provinciaal comité monumenten en landschappen, 1936.
Lit.: G. BOES, In memoriam Guillaume Govaerts, in Verzamelde opstellen, 13, 1937, p. 13-19; VAN MECHELEN, p. E-58-E62 en I19-I21; Auguste MEVIS, Généalogie de la famille de Mevis, originaire d’Alken, in Intermédiaire des Généalogistes, nr. 192, 1977, p. 385-406; Achille THIJS, in Koerier, 13.04.1977; Jo VAN MECHELEN, Huis Govaerts, 1: Jan 1834-1910 Govaerts, bijgenaamd Pitjens, en zijn huis, Sint-Truiden: eigen beheer, 1998, p. 41-48; Raymond HORBACH, L’architecte Guillaume Govaerts, in Annales de la Société royale d’archéologie, d’histoire et de folklore de Nivelles et du Brabant wallon, 28-29, 2003, p. 432-442; Benny BUNTINX, Guillaume Govaerts… of hoe een Sint-Truidens stadsingenieur omging met steen tijdens het interbellum, in STEEN, 2003, p. 76-83 en 104; Petra BOEKSTAL, Voormalig postkantoor en hospitaalkapel Sint-Agustinus, in MODERN, 2008, p. 41-47.