X, een boer uit Gelinden, moest op bedevaart gaan. Iemand anders had namelijk beloofd om op bedevaart te gaan, maar die persoon had zijn belofte niet kunnen nakomen omdat hij was gestorven. De belofte werd dan doorgegeven aan X. De man was echter nog steeds niet op bedevaart geweest. Toen hij op een avond naar huis wandelde, sprong er plots een veulen op zijn rug. X heeft het beest moeten dragen tot hij bijna thuis was. De volgende dag is de man op bedevaart geweest.
Neem eens iemand die een beevaartgang beloofd heeft op sterven ligt, dan kan hij dat overgeven aan iemand anders. Die moet dan een stok in de grond steken en zeggen 'Gaat gij door, ik kom na' en dan moet hij die beevaartweg ook doen, anders krijgt hij last van de weerwolf en zo Renier T., de boer uit de 'winning' hiernevens, heeft dat aan de hand gehad. Die kwam eens op een avond afgegaan en toen sprong daar een veulen in zijn zij en de vier poten hingen zo voor hem, heb ik altijd horen zeggen. En hij heeft het moeten dragen tot als hij aan de eerste huizen kwam en toen liet het hem gaan. Toen zorgde die dat hij gauw van die beevaartgang af was. Als ge zo iets op u neemt, moet ge dat ook doen, anders komt daar niets goeds van, gelijk ge ziet.
Opgetekend door F. Beckers, Leuven, 1947 in Gelinden
Sint-Truiden 17.11.1801 Luik 03.06.1878 Maria Ida Esselen
Zoon van tabakshandelaar en gemeenteonderwijzer Willem uit Gingelom en Marie Françoise Vandevelde. Vader van archiefkundige Stanislas (1835-1912) . College Sint-Truiden. Studeerde klassieke talen in Luik. Docent poësis en retorica Seminarie Luik 1818-1820, studiemeester Koninklijk College Luik 1820-1825. Lessen gevolgd universiteit Luik bij proffen Fuss en Gall. Thesis bekroond in 1823, maar opleiding niet afgemaakt. Docent en principaal College Sint-Truiden 1825-1834, bekommerd om moedertaalonderricht. Rector College Hasselt 1834-1835. Hoogleraar Nederlandse en later Griekse letteren Universiteit Gent 1835-1837. Contact met Gentse flaminganten en interesse Middelnederlands. Hoogleraar klassieke talen Universiteit Luik 1837-1865, ook Nederlands sinds 1851. Lid Koninklijke commissie voor geschiedenis en Klasse der Letteren van de Koninklijke academie van wetenschappen, letteren en schone kunsten 1847.
Lid van de Spellingscommissie en promotor eenmaking Noord- en Zuid-Nederlandse spelling. Lid van de Commission permanente chargée de la publication des anciens monuments de la littérature flamande 1848. Ruim 63 boeken en bijdragen over Latijnse taal- en letterkunde, Oudfranse literatuur en Middelnederlandse letteren. In 1850 publiceerde hij Het leven van Sint-Christina de Wonderbare en in 1857 Het leven van Sint-Lutgard. In 1857 kondigde hij ook de ontdekking van de Sint-Servatiuslegende van Hendrik van Veldeke aan. Deels verlamd vanaf 1859. Stapelstraat.
Onuitgevoerd plan voor Bormansfeesten Sint-Truiden 1903, vergeefse oproepen voor straatnaam in 1908 en 1975. Padnaam gepland in 2005. Koorglasraam Sint-Lutgardiskerk Tongeren als pendant van glasraam Gezelle, met torens van Gent, Tongeren en abdij Sint-Truiden. Eugeen Yoors, gift VTB 1957. Prijs Professor Bormans 1950 Veldeke-Leëncomité voor taalkunde en essays door Limburgse auteurs.