Haas roept op zijn gezel

Haas roept op zijn gezel

X was een stroper. Op een nacht lag hij tegen een boomstronk te wachten tot er een haas voorbij zou komen. Na een tijdje kwam er een haas aangelopen, maar X durfde niet te schieten, want het dier werd steeds groter en groter. De haas ging op zijn achterpoten zitten en vroeg "Zijn de andere hazen al voorbij gekomen?" Daarna stak het dier zijn poten in zijn muil en floot net zoals een mens op zijn vingers fluit. X was zo geschrokken dat hij als een bezetene naar huis liep.

De ouwe Tjoën V. was een 'loerjager'. Op een nacht lag hij tegen een 'tjoenk' op een haas te letten die hij daar gezien had. Op de duur kwam daar ene af maar die werd zo groot dat hij niet dorst schieten en hij wachtte. Toen ging de haas op zijn achterste poten staan en hij zei 'Zijn de anderen al door?' en toen stak hij zijn poten in zijn muil en hij 'fluitte' juist gelijk een mens op zijn vingers fluit. 'Toen was ik godverdorie gauw thuis' zei Tjoën.

Opgetekend door F. Beckers, Leuven, 1947 in Gorsem

ONTDEKKING VAN DE DAG

Trofeeën aan de muur: het luie landleven

In de oudheid werden in oorlog of jacht veroverde trofeeën aan een stok opgehangen. Dit motief ging een eigen leven leiden als allegorische decoratie. Kalksnijders modelleerden in het nog vochtige stucwerk voorwerpen tussen bloemenslingers aan linten opgehangen. 

In het stadhuis op de Grote Markt op het 'schoon verdiep' zijn in de hoge vestibule de vier kunsten en twee speciale thema's uitgewerkt, de zeevaart en het landleven. Die laatste werken dateren waarschijnlijk uit de Hollandse periode (1815-1830) onder burgemeester J.A.N. Van den Berck. Scheepvaart en de Nederlandse vertaling van Vergilius wijzen daarop. 




Lees: Franz AUMANN, Symboliek op het 'schoon verdiep' van het Sint-Truidense stadhuis, in Sint-Truiden een zoektocht naar symbolen, Open Monumentendag Vlaanderen, Sint-Truiden: stadsbestuur, 2002, p. 19-27; Het stadhuis van Sint-Truiden. Hart van de democratie, Sint-Truiden: stadsbestuur, 2018, p. 56-61.