Wie in een heksendans geraakt moet meedoen

Wie in een heksendans geraakt moet meedoen

X werd 's nachts vaak wakker van het geluid van de heksentrommels. Even later hoorde hij dan muziek in de Roosweide. De volgende dag vond men in de weide kringen op de plaats waar de heksen gedanst hadden. Op een dag kwam er een man uit Velm, die op weg was naar Brustem, voorbij de Roosweide toen er net een heksendans aan de gang was. Gelukkig kende één van de heksen de man, en ze zei "Wilveren, wilveren, neeveren, neeveren, 't is X de timmerman", en toen lieten de heksen hem door.

Geenke G. zaliger kon vertellen van de heksen en dat heeft mijn mam ook verteld en die geloofde aan niet veel, maar dat is waar. Als Geenke G. met zijn duimen begon te draaien, dan was hij weg. Dikwijls werden ze 's nachts wakker en dan hoorden ze de heksentrommelkens top, top, toppetoppetop, en dat trok de beek na naar de Roosweide. Daar hoorden ze muziek en 'lawijt' als de heksen daar dansten, en 's anderendaags stonden daar heksenringen. Daar kwam eens ene van Velm op uit toen hij naar Brustem ging. Een van de heksen zei 'Wilveren, wilveren' en een ander zei 'Neeveren, neeveren, 't is Pie-Ber de timmerman' en toen lieten ze hem door. Dat was een heks die hem kende.

Opgetekend door F. Beckers, Leuven, 1947 in Halmaal

ONTDEKKING VAN DE DAG

De Melsterbeek vloeit richting Schelde

In het bekken van de Melsterbeek volgen de beken eerst zuid-noord het dalend reliëf van ca. 100 naar 35 meter boven zeespiegel. Net noordelijk van het stadscentrum van Sint-Truiden buigt de Melsterbeek zelf naar het noordwesten en ontvangt de Cicindria in Melveren en de Molenbeek in Runkelen. Ze loopt dan een tijdje zij-aan-zij met de Gete en vloeit samen bij Donk. Via Demer, Dijle en Rupel gaat het richting Schelde. 

De (herlegde) Melsterbeek bij Ordingen


De naam ‘Melster’ komt waarschijnlijk van het woord malter of mout, maar in de lokale volksmond is het gewoon ‘molenbeek’ als grootste waterloop. Ze ontspringt in Heiselt bij Jeuk, vlakbij de taalgrens. Ze is 33 kilometer lang. Waterlopen schuren beekvalleien uit en de kleilagen onder de ijstijdleem in Vochtig Haspengouw doen talrijke bronnetjes dagzomen. Langs de oevers van de Melsterbeek groeide een ketting van dorpen met omgrachte kastelen en zelfs abdijen in Nonnemielen en Terbeek. Haar stroomkracht deed graanwatermolens draaien. In Sint-Truiden zijn dat de dorpen Aalst, Brustem, Ordingen, Zepperen, Melveren, Metsteren en Runkelen.

Modern bekenbeheer bij Ordingen door Land&Water

De beken kennen in deze streek een vrij hoog verval met piekdebieten. Voor de waterbeheersing waren wachtbekkens nodig, o.m. voor de Melsterbeek in Aalst, Ordingen en Bernissem. De natte gronden in de beekvalleien waren in de 19de-20ste eeuw met waterzuchtige Canadapopulieren beplant, nuttig voor klompen, minder duurzaam timmerwerk en kisthout. 

Wachtbekken 'De Wiel' in Aalst-bij-Sint-Truiden


Tussen Sint-Truiden en Zepperen werd in 1879 een stevige bakstenen brug geslagen. Enkel de sluitsteen bleef bewaard 'COART B(ourgemestre) ZEPPEREN 1876'


Een vistelling in 2012 bij Metsteren leverde volgende soorten op: driedoorn stekelbaars, tiendoorn, riviergrondel, bermpje en blauwband. De molenwatervallen zijn wel een drempel voor hun migratie voor paai, rust en voedselgaring, onderzoek Stef Cools.


Lees: Pierre DIRIKEN, ‘Water in Haspengouw’, (Geogidsen), Sint-Truiden: De Blauwe Vogel, 1985; ID., ‘Het Haspengouws landschap in evolutie’, (Haspengouwse monografieën, 2), Kortessem: Georeto, 2013. \nKijk: http://www.land-en-water.be. Wateringen van Sint-Truiden.\n

De intussen verdwenen watermolen bij het kasteel van Ordingen. De wapensteen met commandeurswapen uit 1740 in de gevel werd ingemetseld in het kasteel