Op een hoeve werkte een knecht die 's nachts als schaap rondliep. Het schaap maakte het vee los en sprong zowel mensen als dieren op de rug. De boer en de boerin vermoedden al een hele tijd dat er iets mis was met de jongen. Hun vermoeden werd bevestigd toen ze in de schuur zijn vel vonden. Toen ze het vel in de oven hadden gegooid, stond de jongen plots naast hen. De jongen werd door zeven mannen vastgehouden opdat hij zijn vel niet opnieuw zou te pakken krijgen. Toen het vel was opgebrand, sprak de knecht "Laat me nu maar los; ik ben het kwijt. Nu ben ik gelukkig."
Mam haar mam werkte in een 'winning' en daar was een knecht die 's nachts als een schaap rondliep en die deed dan van alle kwaad. Die liet de beesten los en dan sprong hij erop en ook op de mensen sprong hij. Maar ze waren gewaar geworden wie dat was en ze hadden hem afgelet en toen zagen ze dat hij zijn vel in een krib stak. Toen deden ze hem werken gaan op het land dat het wijdst lag en toen staken ze het vel in de oven. Maar 't vuur was er nog niet aan of hij stond daar al nevens hen, maar ze 'hoden' de oven toe voor zijn neus en toen moesten ze hem met zeven man vasthouden of hij sprong erin en toen deed hij lelijk. En toen het vel opgebrand was, zei hij 'Laat me nu maar los, nu ben ik ervan af, nu ben ik gelukkig.'
Opgetekend door F. Beckers, Leuven, 1947 in Zepperen
Bron afb: visitlimburg.be
Sint-Genovevakerk Zepperen
Reeds omstreeks 650 zou er een aan Sint-Genoveva gewijde kapel in Zepperen hebben gestaan. Omstreeks deze tijd zou Sint-Trudo bisschop Remaclus in Zepperen hebben ontmoet, zoals wordt beschreven in de Vita Sancti Trudonis uit omstreeks 775, waarin sprake was van een dergelijke kapel. Hier zou Trudo gebeden hebben, waarop Remaclus hem naar Metz zond om een priesterstudie te volgen.
De toren werd gebouwd in de 12e eeuw en is in Romaanse stijl. De huidige kerk, gebouwd in Demergotiek, werd tussen 1430 en 1509 gebouwd, en gerestaureerd van 1860-1906. Reeds in 1935 werd de kerk beschermd als monument. In 1983 werd ook de omgeving van de kerk beschermd als dorpsgezicht. Het patronaatsrecht van deze parochie berustte in het feodale tijdvak bij het Kapittel van Sint-Servaas te Maastricht.
De vierkante westtoren in Romaanse stijl heeft drie geledingen en is gebouwd in silex. Het portaal is neoromaans en stamt uit het einde van de 19e eeuw. Ook het ronde traptorentje rechts van de toren is neoromaans en later toegevoegd, waarbij het materiaal van de toren werd gebruikt. De toren wordt gedekt door een ingesnoerde naaldspits.
De kerk is een driebeukige bakstenen kruisbasiliek in Demergotiek. Hoekbanden en dergelijke werden uitgevoerd in mergelsteen. De kerk is groot voor een dergelijk klein dorp, omdat ze een vooruitgeschoven bezitting was van het Kapittel van Sint-Servaas.
Van belang zijn de laatgotische muurschilderingen (1509) in het zuidelijke transept: Een Laatste Oordeel, een Sint-Christoffel en elf taferelen uit het leven van Sint-Genoveva. Deze werden ontdekt tijdens de restauratie, in 1898, toen het pleister werd verwijderd waarmee ze waren overgeschilderd.
Verdere kerkschatten zijn schilderijen als Thomas van Aquino (2e helft 16e eeuw), Hubertus (eind 17e eeuw), een bisschop (1e helft 18e eeuw), Aanbidding der herders (eind 17e eeuw), Laatste Avondmaal (eind 17e eeuw), Sint-Catharina (omstreeks 1600). Een altaarstuk, Sint-Genoveva betreffende, heeft zijpanelen uit ongeveer 1500 en het middenpaneel werd eind 19e eeuw vervaardigd. Ook is er een piëta in gepolychromeerd hout uit ongeveer 1500 en een laatgotisch triomfkruis.
De glas-in-loodramen zijn van 1902 en 1922 in neogotische stijl. Ook de preekstoel is neogotisch. Het hoofdaltaar is neoromaans.
Bekijk ook: Sint-Genovevakoor