Bij de brug in Sint-Truiden woonde een heks. Een meisje dat bij de Ursulinnen naar school ging, werd vaak door de heks benaderd. Haar moeder had haar echter gewaarschuwd met de woorden "Kind, zorg dat je nooit in het huis van die heks binnengaat en dat je nooit iets voor haar gaat kopen!"
vuir de brug, dô was oek een â vrâ di de nôm van een heks hâ; di hei me moeder gekend; en as ik no ’t schoul ging bê d’Urseline kam ze 2, 3 kier per week öt en vroeg me iets gôn ’t hole ver huir; mo me moeder zei altêd teige mê "Zi da ge dô noeut ni binnegôt en da ge noeut niks ver huir hôlt, zer!"
Opgetekend door A. Abeels, Leuven, 1965 in Sint-Truiden
geboren te Lovenjoel op onbekende datum gestorven te Sint-Truiden op 06.12.1082
Monnik, prior en abt van Sint-Truiden 1055-1082, kerkenbouwer.