Toen twee vrouwen in Velm waren, zagen ze een man tot wie één van de vrouwen sprak "Jij zal ons wel meenemen". Daarop antwoordde de man "Dat had je gedacht!" De vrouw reageerde heftig "Ik wens dat je je nek breekt!" Wat verderop viel de man van zijn wagen.
mam Fin en ich, we wôren es in Velm; en we zôgen ene man; en man Fin zei "Djee zult oos wel mineime". "Da denkdje", zeit er. "Wel, ich wens da g’oere nek kapot valt", zei mam Fin; en hem was mo e bitche vedder, dô valt hem van zene wôge; en hem hei mônde lang gebrekkig gelege.
Opgetekend door A. Abeels, Leuven, 1965 in Sint-Truiden
Sittard 28.10.1912 – Maastricht 25.02.2000
Broer van de priesters Jan en Emile. Klein Seminarie, ondervoorzitter Utile Dulci 1932. Kortverhalen onder pseud. ‘Henk van Dijk’. Priester 1937. Kapelaan Membach 1937, administrator Kelmis (La Calamine) 1943 en kapelaan Welkenraedt 1944. Pastoor Bois 1949, Gelinden 1953 en Smeermaas 1966-1977. Overleden aan brandwonden bejaardenhuis Jekerdal Maastricht. Streekgeschiedenis in Limburgse tijdschriften en dagblad.
Biografische notities in NBIOW. Lid Société d’art et d’histoire du diocèse de Liège en Koninklijke Zuid-Nederlandse Maatschappij voor Taal- en Letterkunde en Geschiedenis. Voorzitter Geschied- en Oudheidkundige Kring GOSSU Lanaken 1972-1977. Prijs Gemeentekrediet van België.
Als pastoor van Gelinden bezorgde hij dit dorp een hele reeks historische bijdragen en trok de aandacht op de lokale mergelontsluiting met zijn unieke fossielen.