Een heks die op sterven lag, liet haar kat brengen. Haar enige dochter wilde haar kunsten namelijk niet overnemen. De dochter keek door het sleutelgat naar haar moeder die de kat bij zich had. Door haar gegluur werd de dochter echter zelf een heks. Gelukkig konden de paters haar de heksenkunsten nog afnemen.
dô was een heks, di moes sterve; en z’hâ mo ien dochter en di wilde da ni uiverneime; en di heks vroeg huir kat want ze kon ni sterve; en da metske gaf z’huir, mo ze letten alles af duir het sluitelgat; en zoe hâ z’het zitten, sê! mo ze vulde da ônkoume ne ze liep no de pôters; en di hebben het huir nog kunnen afneime.
Opgetekend door A. Abeels, Leuven, 1965 in Sint-Truiden
Weert (Nl.) 10.09.1836 – Sint-Truiden 29.09.1906 , x Mathilde Wilhelmine Elders, xx Pétronille Marie Régine Marguerite Balken
Zoon van Pieter en Marie-Elisabeth De Caes.
Meester-beeldhouwer en medewerker van Michel Hoeken, Sint-Gangulfusplein. Huwde met zijn nicht Elders van Weert en later met Balken van Breukelen. Kerkmeubilair, o.a. preekstoel te Boninne naar ontwerp architect Blandot 1875. Biechtstoelen Seminariekerk Sint-Truiden (verbrand). Lid toezichtscommissie Tekenschool (1897).
Signering o.a. neogotisch altaar uit Sint-Truiden. nu Fabry Zepperen M. HOEKEN G. JANSEN SCULPTEURS St. TROND.