ERFGOUD
ERFGOUD
...e drie torens op de Grote Markt. De Onze-Lieve-Vrouwekerk is de eerste parochiekerk die abt Adelardus II in de 12e eeu...
Het oudste deel van de Sint-Maartenkerk is de toren uit circa 1550. Het is een vroeg voorbeeld van de religieuze renai
De Sint-Gangulfuskerk is de oudste kerk van de stad, gebouwd door abt Adelardus II (1055-1082). De driebeukige Romaanse
...-Genovevakerk Zepperen Reeds omstreeks 650 zou er een aan Sint-Genoveva gewijde kapel in Zepperen hebben gestaan. Omstr...
...terskerk, ook wel Parochiekerk Sint-Niklaas en Sint-Pieter, is een romaans kerkgebouw in de Belgisch-Limburgse stad Sint...
Het komdorp Aalst bij de Melsterbeek heet officieus ?Aalst-bij-Sint-Truiden? om verwarring met de gelijknamige Oost-Vlaa
Oorspronkelijk was hier het Sint-Mathiasklooster gevestigd, een klooster van bogaarden, gesticht in de 13de eeuw. De bog
De inrijpoort leidt naar een mooi bebloemde erekoer. Enkel de linkervleugel, de abtsvleugel is midden 18de eeuw ontwor
De academiezaal, het voormalig kloosterpand, de verdwenen seminariekerk en twee vleugels op de erekoer, zijn allen het
...boer van Haspengouw,die leeft van eigen akkerbouw;die tarwe en gerst, in overvloed,ziet gulden in den zonnegloed.Mijn la...
Langs de oude weg naar Montenaken, de steenweg naar Namen en westelijk van de Cicindria ligt Bevingen, sterk bepaald doo
...UIZENPIKKEDONKER VERBORGEN ONDERDE AANPLANT VAN HOOGSTAMBOMEN,HEEFT IEMAND BESLOTENTHUIS TE HOREN. STALEN LUIKEN HANGEN ...
...t-TruidenTrudoEr zijn weinig steden waarvan het ontstaan en de vroege ontwikkeling zo goed kan gevolgd worden als Sint-T...
Kasteelheer de Chestret liet zijn wapenschild plaatsen in de gevel van de kerktoren in Kerkom
Het Klein-Seminarie van Sint-Truiden is gebouwd op en in de resten van de vroegere Benedictijnenabdij. Tussen 1844 en he
...dgenoot van de Hertog van Brabant. De prinsbisschop van Luik beweerde dat het graafschap een vrij leengoed was van de Si...
... (Wilderen)\\Is de kerk van de parochie Duras Wilderen en staat in Wilderen . De kerk was de hoofdkerk van het graafscha...
...ilderenOnderschrift bij deze fotoDe oudste documenten van de hoeve gaan terug tot 1642. De brouwerij was er toen al Het...
...westelijk langs de Stapelstraat het Sint-Martenplein, zo genoemd naar de prominent aanwezige kerk, nu toegewijd aan Sint...
...uidelijk deel van het kerkhof rond de hoofdkerk, later één van de kleinere pleintjes aansluitend bij de Grote Markt. O...
Een elegante bemiddeling tussen moordenaar en nabestaanden uit 1643
De bouw van een dubbele buitentrap om het 'schoon verdiep' van het nieuwe stadhuis te bereiken was geen succes, na enkel
Met een oppervlakte van ruim 2 hectare is het marktplein van Sint-Truiden, na dat van Sint-Niklaas, het grootste van Be
Deze monumentale woning werd ca. 1870 gebouwd in opdracht van de hoofdgeneesheer van het hospitaal van de Zusters van Li
... 13de eeuw bouwde de abdij van Averbode een refugiehuis in Sint-Truiden. Het huidige complex gaat terug tot de 16de eeuw...
...Speelhof", buitenverblijf der abten van de Sint-Trudo-abdij; met de bouw werd begonnen in 1585 onder abt van Christoffel...
Het Sint-Truidense marktplein is zo groot dat het vrijwel alle marktactiviteiten voor zijn rekening nam. Bij de officië
...ndaag een open marktplein, maar die situatie is slechts geleidelijk tot stand gekomen. Er waren vroeger huizen aangebouw...

Een kaartje leggen in oorlogstijd kan je je kop kosten. Dat overkwam een eskadron Belgische ruiters op 17 augustus 1914 in Bernissembos . Dit bos was in 1900 iets zoals Nieuwenhovenbos nu: een geliefd wandeldomein met een drankgelegenheid. De boerenherberg van Truike Menten lag bij de Keelstraat aan de bosrand. De eiken, waaronder de kolossale Koning en Koningin, waren al enkele jaren gekapt, maar Fons Lassaut, weduwnaar van Truike, bakte er nog altijd eieren met hesp.

De Eerste Wereldoorlog was nog geen twee weken aan de gang. De Gidsen waren de heren van het Belgisch leger en bleven als verkenningstroepen meestal uit het echte strijdgewoel. Bij de officieren wemelde het van blauw bloed en zelfs de gesabelde soldaat-ruiters kwamen uit gegoede families. Soms ook wel waren het boerenjongens die gewend waren met paarden om te gaan en niet te zwaar wogen. Je herkende de Belgische Gidsen aan hun paarse broek, hun groene vest en een zwarte berenmuts of ‘kolbak’ met gele wollen knop vooraan. Tegenwoordig is de muzikale muziekkapel van de Gidsen ook nog in paars en groen gekleed.
De Gidsenregimenten zaten met de rest van de Belgische ruiterij verschanst achter de Gete te wachten op de Duitse invasie. Commandant baron de Wykerslooth de Rooyestein werd met heel zijn eskadron, zo’n honderdtwintig man, vooruitgestuurd. Ze moesten de doortocht van de Duitse hoofdmacht uit Tongeren naar Sint-Truiden bespieden. De groep kreeg duiven mee als postbodes. Het roemrijke terugslaan van de Duitse ruiterij bij Halen enkele dagen voordien was een enorme opkikker geweest. Toch waren mannen en paarden murw: twee weken kamperen kruipt in je kleren. Het was de mooiste zomer sinds jaren en de hitte drukte. De ruiters stegen dan ook af in de dekking van Bernissembos en de herberg Menten. Enkelen rustten, sommigen dronken en kaartten, en anderen gingen in de buurt fruit kopen. De commandant schreef – naar eigen zeggen achteraf – zijn rapport tijdens de rustpauze.

Plots brak de hel los: een compagnie Duitse voetsoldaten overviel de Gidsen en schoot op alles wat bewoog. Die Duitse ‘Leibgrenadiers’ in veldgrijs uniform waren ’s middags toevallig ingekwartierd bij de Paters op Terstok in Zepperen. Ze wilden zich eigenlijk gaan wassen na hun lange voetmars door het stof der wegen. Een oude korporaal, uitgezet als schildwacht, had de rustende Belgen bemerkt en sloeg stilletjes alarm. Eerst wou niemand hem geloven, maar enkele jonge sabelslepers waren tuk op vechten en wilden hun eerste echte schoten in de oorlog lossen. Het groepje Gidsen kortst bij de herberg werd overvallen en uitgeroeid. De oude Fons werd met bajonetsteken afgemaakt en zijn café ging in de vlammen op. Baron de Wykerslooth kon de volgende morgen terug over de Gete terugkeren met nog maar dertig ruiters zonder hun paarden.
Op het kleine slagveld bij Bernissembos bleven dode paarden, ruiters en berenmutsen achter. Pas uren later durfden de omwonenden gaan kijken. Enkele gezichten van gesneuvelden waren al aangevreten door uitgebroken varkens. De Assumptionistenpaters begroeven de dode landgenoten ter plekke. Pas de volgende winter kregen ze een plechtig graf op het kerkhof van Zepperen. Nog in 1994 zette de Remacluskring een herinneringsplaatje in de Keelstraat.
En de berenmutsen? Die werden als souvenir op de kloosterzolder verstopt. Ze doken af en toe terug op bij de ‘Ezels’, namaakruiters van de Roosbeek, een volksstraat in Zepperen. Met berenmuts, getekende snor en nepbenen naast hun bretellenpaard reden ze in de jaren 1930 en 1940 in elke stoet van het dorp, of het nu de inhuldiging van de nieuwe betonweg was of de inhaling van een pastoor. De ene zijn dood is de ander zijn vermaak…
